Binnen de Traditionele Chinese Geneeskunde (TCM) maken beoefenaars al eeuwenlang gebruik van de “Vier Diagnostische Methoden”. Deze vormen traditionele richtlijnen om het algemene evenwicht en welzijn te beoordelen. Ze behoren tot het culturele fundament van de TCM en worden als volgt beschreven:
1. Inspectie – Observatie
Binnen de Traditionele Chinese Geneeskunde (TCM) wordt observatie gebruikt als een van de vier klassieke diagnostische methoden. Hierbij wordt gelet op uiterlijke kenmerken zoals gelaatskleur, lichaamsbouw, houding, huid, ogen, tong en andere zichtbare signalen.
Een belangrijk onderdeel van deze methode is de tongdiagnose. Daarbij wordt traditioneel gekeken naar kleur, vorm, beslag en vochtigheid van de tong, die in de TCM worden gezien als uitingen van de interne balans.
Daarnaast kan ook de algemene uitstraling, beweging en ademhaling worden meegenomen, omdat deze volgens de TCM aanwijzingen geven over de toestand van Qi, Bloed en organen.
2. Luisteren en Ruiken – Horen en Ruiken
Binnen de Traditionele Chinese Geneeskunde (TCM) wordt ook aandacht besteed aan geluiden en geuren als onderdeel van de vier diagnostische methoden.
Bij het luisteren wordt gelet op aspecten zoals stemgeluid, ademhaling, hoesten en andere lichamelijke geluiden. In de TCM worden een zwakke stem of juist een luide, schorre stem traditioneel gezien als mogelijke aanwijzingen voor verschillende interne patronen.
Bij het ruiken wordt gelet op lichaamsgeur, adem en uitscheidingen. In de traditionele context wordt bijvoorbeeld een sterke of onaangename geur vaak geïnterpreteerd als een teken van warmte of onbalans.
3. Vragen – Onderzoek door gesprek
Binnen de Traditionele Chinese Geneeskunde (TCM) vormt het stellen van vragen een belangrijk onderdeel van de vier klassieke diagnostische methoden. De beoefenaar verzamelt informatie over de algemene gesteldheid door te vragen naar leefstijl, emoties, persoonlijke ervaringen en lichamelijke functies.
Traditioneel wordt hiervoor vaak gebruikgemaakt van het raamwerk van de “Tien Vragen”, waarbij onderwerpen aan bod komen zoals:
Gevoelens van warmte of koude
Zweten
Hoofd- en lichaamsgevoelens
Urine en ontlasting
Eetlust, dorst en smaak
Klachten in borst of buik
Gehoor en gezichtsvermogen
Slaap
Emotionele toestand
Menstruatie en voortplanting (bij vrouwen)
4. Palpatie – Voelen en aanraken
Binnen de Traditionele Chinese Geneeskunde (TCM) wordt aanraking toegepast als diagnostische methode. Het bekendste onderdeel hiervan is de polsdiagnose, waarbij de beoefenaar de pols aan beide polsen voelt en let op kenmerken zoals snelheid, ritme, diepte en kracht. In de klassieke teksten worden 28 verschillende polstypen beschreven, variërend van oppervlakkig tot diep, langzaam tot snel, sterk tot zwak.
Daarnaast wordt soms buikpalpatie gebruikt, waarbij traditioneel de temperatuur, spanning of gevoeligheid van de buik wordt onderzocht. Ook kan men gevoeligheid van acupunctuurpunten of meridianen beoordelen, door lichte druk uit te oefenen en te letten op reacties zoals pijn, warmte of koude.
Door deze vier diagnostische methoden te combineren, streven beoefenaars er in de TCM naar een holistisch beeld te vormen van de balans in het lichaam en patronen van disharmonie te herkennen binnen de traditionele theorie.
